Sommige nieuwtjes lijken erg onschuldig. Maar hoeven dat niettemin niet te zijn. Op het internet rondstruinend zag ik er zo een.
Het bleek dat op een universiteit een doorbraak was bereikt. En dat binnen afzienbare tijd twee mannen 'zomaar' zwanger konden worden. Van elkaar, zeg maar. Mijn interesse werd onmiddellijk gewekt. Simpelweg omdat het de herenliefde betrof. En de combinatie met zwanger worden, mannen?
Simpel, er bleek niet veel voor nodig. Enkele huidschilfers. Die ondergingen dan een gezamenlijke behandeling, waardoor ze opeens zich gingen delen en er een embryo ging ontstaan en er een kind geboren kon worden uit dit toch wel wetenschappelijke wonder.
Tja, leuk voor de mannenkoppels die pril bezig zijn aan hun ontluikende liefde voor elkaar. Of die paren die gevestigd hebben in een kek appartement of huis en verlangen naar meer. Ik hoor, als bijna 60-jarige niet meer in die categorie. Bovendien is mijn lief van een leeftijdscategorie, dat ie niet meer warm loopt bij het uitzicht op vaderschap. Ik trouwens ook niet(meer)
Blijft nog het wonder van dit bericht. Niet langer hoeft een homokoppel met jaloerse blik naar hun lesbo-zusters te kijken die wel uitgerust zijn door moeder natuur/God om zwanger te raken en een kind op de wereld te zetten.
Bij mij speelde iets heel anders ondertussen. Ik bedacht me met welke heren of mannen ik de lakens gedeeld had. Het zou toch niet? Voor mijn oog verscheen een aardige, goed uitziende man die zonder dat ik het wist, wetenschappelijk onderlegd was. En tussen de ongetwijfeld rij van minnaars, voor even of langer, een 'exemplaar' had uitgezocht. En dan, na de 'daad', de minieme huidschilfers verzameld had, al dan niet op allerlei kwaliteiten, lichamelijk dan wel psychisch of emtioneel. Het zou zelf zo kunnen zijn, dat ik of iedere andere man ongewild en onbewust onderdeel was geworden en slachtoffer van een wetenschappelijk experiment. Niet om sperma te verzamelen voor een spermabank, maar veel erger nog: huidschilfers voor een huidschilferbank. O mijn hemel, moest ik nu gaan vrezen dat ik straks hoogbejaard geconfronteerd zou gaan worden met mijn kroost? Een blaag of meid, dat aanbelde op een doodgewone zaterdag met de luchtige mededeling 'hoi pa, hoe is ie?', waarna ik me met moeite nog kon vastklemmen aan mijn rollator met mijn bonige kluifjes om niet languit achterover te vallen? Wat als ze alsnog via een DNA-onderzoek achterstallige alimentatie gingen claimen? Weg pensioen. Weg zekerheid. En dan nog al die vragen over mijn familie, kwalen, ziektes etc. Natuurlijk kon ik nog altijd enkele leuke familieleden verzinnen met geestesziekten, kleptomanie, exhibitionisme, alcoholisten en zo. Maar of zo'n kind daar nog van zou schrikken, anno nu?
Voor mijn geestesoog trachtte ik snel me een minnaar voor te stellen met smetvrees, die snel na het klaarkomen de lakens in de wasmachine ging stoppen, mij manend het bed te verlaten. En vervolgens de vloer te boenen met Dettol, mij vals maar zwijgend naar de voordeur te dirigeren. Ze kwamen niet op mijn lijstje voor. God allemachtig.
Tot nu toe slaap ik nog rustig. Maar ik zou echt willen dat ze dit soort berichten achterwege zouden laten. Beter nog, die hele experimenten met huidschilfers. Want je durft als man nog geen slippertje te maken meer, al heb je maar een beetje last van roos. Ik bedoel maar.
O daar gaat de bel. Hallo, meneer. Ik ben Roosje. Plok...het werd licht in mijn hoofd en ik voelde me draaierig. Vind u het gek. Ok, ze kwam alleen maar aan de deur voor Jantje Beton, maar dat kon ik niet weten. Ik ga stoppen nu. Effe een compres zoeken in de diepvries. Dat kon nog wel eens een aardige bult worden...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten